FedBeton shortflash februari 2019
If you can't see this message, view it in your browser.
Shortflash
Oktober 2019

In deze editie

ASR, PREV- en AR-klassen… wat betekent dat nu precies?

ASR, PREV- en AR-klassen… wat betekent dat nu precies?

De Alkali Silica Reactie (ASR) is een reeds lang gekend schademechanisme waarbij beton als het ware van binnenuit openbarst. Het is een chemische reactie tussen sommige bestanddelen van het beton die zich kan voordoen in welbepaalde omstandigheden: de reactie doet zich enkel voor in een vochtig milieu, in aanwezigheid van potentieel reactieve granulaten en bij een voldoende hoog gehalte aan alkaliën. De reactie is onomkeerbaar en destructief. Dergelijk schademechanisme wil je dus liever niet in je bouwwerk ...

De EN206 voorzag reeds in zijn vorige versie dat de producenten de nodige maatregelen moesten nemen om ASR te vermijden. De concrete invulling van deze maatregelen was nog niet voorzien. De nieuwe versie van de norm NBN B 15-001 bracht hierin meer duidelijkheid via de bijlage I. Het betreft een informatieve bijlage die dus strikt genomen niet verplicht is. Via de TRA 550 v4.0 werd deze bijlage wel verplicht toepasbaar gemaakt voor beton dat onder Benor-certificaat geleverd wordt.

Wat voorziet die fameuze bijlage I van de nieuwe norm nu allemaal?

Wat voorziet die fameuze bijlage I van de nieuwe norm nu allemaal?

Preventieniveau
Het is aan de voorschrijver (architect of studiebureau) om het risico te evalueren dat een eventuele aantasting van de betonconstructie door ASR tot gevolg zou hebben. Het is duidelijk dat de maatschappelijke en financiële risico’s voor een brugpijler veel groter zijn dan de vloer van een tuinhuis.
Deze risico-inschatting leidt tot de bepaling van een van de 3 preventieniveau ’s (PREV-klassen). Indien geen klasse wordt gespecificeerd, verplicht de norm de betoncentrale om uit te gaan van de klasse PREV 2.

Blootstellingscategorie
De blootstelling van het bouwelement is bepalend voor het optreden en het voortschrijden van de reactie. Deze factor is verbonden met de blootstellingscategorie (AR-klasse) en staat in nauw verband met de omgevings- of milieuklassen. Indien de AR-klasse niet nader wordt gespecificeerd, dan kan deze per default afgeleid worden uit de milieuklasse (zie tabel I.3-ANB van de NBN B 15-001).

Preventiemaatregelen
In functie van de voorgeschreven PREV en AR-klassen dienen dan de gepaste betontechnologische preventiemaatregelen genomen te worden.

In PREV1, telkens in combinatie met de verschillende mogelijke AR-klassen, dienen er geen specifieke preventiemaatregelen genomen te worden omdat het risico heel erg klein is. Idem voor blootstellingscategorie AR1: het element bevindt zich in een droge omgeving waar de reactie niet kan optreden.

Voor de andere combinaties PREV / AR, zijn er 4 soorten preventiemaatregelen gedefinieerd.

Maatregel 1 en 4 zijn voor de meeste betoncentrales eerder theoretische oplossingen. Het gaat dan over het gebruik van granulaten met een geattesteerde declaratie van niet-reactiviteit en het voorafgaandelijk uitvoeren van zwelproeven op welbepaalde betonsamenstellingen.

Maatregel 2 (toepassen van een LA-gecertificeerd cement) was voorheen wellicht de meest gebruikte maatregel en ook in de toekomst toepaspaar. Opgelet: deze maatregel is onvoldoende als er meer dan 50 kg toevoegsels gebruikt wordt en in PREV 3-klasse.

Maatregel 3 beperkt het totale alkaligehalte in beton aan de hand van een alkalibalans. In de norm is ondubbelzinnig aangegeven welke cijferwaarden voor de verschillende grondstoffen moeten gehanteerd worden bij de berekening. De maximaal toegelaten hoeveelheid alkaliën is afhankelijk van het gebruikte cementtype en desgevallend de combinatie met andere bindmiddelen.

Probleemstelling
De alkalibalans van sommige betonsamenstellingen voldoet NIET aan de eisen van maatregel 3. Dit betekent concreet dat deze samenstellingen niet meer onder Benor mogen geleverd worden in de klasse PREV 2 en/of PREV 3. Nochtans mochten deze zelfde mengsels tot voor kort WEL onder Benor geleverd worden, wat vaak tot onbegrip leidt.

Het betreft hoofdzakelijk de betonsamenstellingen op basis van CEM I of een mengsel met CEM I, bij hogere cementdoseringen en in combinatie met maritieme zanden en/of granulaten, waarvan het totaal alkaligehalte de toegelaten grenswaarde overschrijdt. Hoewel je ook met niet-maritieme granulaten in de problemen kan geraken. We denken onder meer aan beton voor poliervloeren die in de winter geplaatst worden en waarvoor een CEM I gekozen wordt om de tijd nodig om te polieren beperkt te houden.

Veel hangt natuurlijk af van het alkaligehalte van de gebruikte grondstoffen (hoofdzakelijk van het cement). Hoe lager het alkaligehalte, hoe minder snel de bovengrens bereikt wordt.

Oplossing
Kies zoveel mogelijk grondstoffen met een laag alkaligehalte. Volstaat dit nog niet? Dan zit er niets anders op dan uw klant een variante voor te stellen en voor een ander mengsel te kiezen. Ofwel moet het gevraagde beton zonder conformiteit aan de norm en dus ook zonder Benor-merk geleverd worden. Ofwel moet nagegaan worden op PREV 2/3 wel noodzakelijk is en misschien PREV 1 kan volstaan.

TV 267 “betonvloeren voor binnentoepassingen” vervangt de TV 204

De technische voorlichtingsnota TV 204 van het WTCB was zowat de bijbel van de gepolieerde binnenvloeren en genoegzaam bekend in de sector. Deze technische voorlichtingsnota werd intussen grondig herzien en aangepast aan de actuele stand van de kennis. Dat was nodig. De TV 204 werd gepubliceerd in juni 1997 en was dus al meer dan 20j oud ...

TV 267 betonvloeren voor binnentoepassingen vervangt de TV 204

In deze nieuwe versie zijn onder meer specifieke richtlijnen opgenomen voor de betonsamenstelling. In hoofdstuk 4.3 zijn bijkomende eisen opgenomen waaraan het beton dient te voldoen:

  • minimum cementgehalte: 320 kg/m3
  • minimaal effectief watergehalte: 180 liter/m3
  • maximaal luchtgehalte van vers beton: 3,0%
  • het inert skelet dient zich binnen bepaalde grenzen te bevinden

Het belang van dit document mag niet onderschat worden. Een technische voorlichtingsnota heeft dan misschien niet het statuut zoals een Belgische norm, maar ze moet wel als “regels van goed vakmanschap” beschouwd worden. Dit betekent dat je deze richtlijnen best toepast. Want als het mis gaat, zal men hier toch naar teruggrijpen.

Tijdens het seminarie dat Fedbeton op 13 september op Matexpo organiseerde, werd deze nota trouwens uitgebreid toegelicht door Laura Kupers, projectleider bij het WTCB.

De technische voorlichtingsnota kan bekomen worden bij het WTCB.

Polierbeton in de winter : gevolgen van de nieuwe betonnorm voor de sector.

In de koudere periodes kiezen polierders vaak voor beton op basis van portlandcement (CEM I). Dit cementtype maakt dat het beton sneller aantrekt zodat te lange wachttijden tussen het storten en afwerken op de werf vermeden worden. Dit is courante praktijk.
De nieuwe betonnorm en het toepassingsreglement voor Benor certificatie (in voege sinds 1.09.2019) voorzien evenwel in een aantal preventiemaatregelen om Alkali Silica Reactie (ASR) te voorkomen. Dit heeft een belangrijke impact op de werkvloer, in het bijzonder voor polierders.

ASR is een schademechanisme waarbij beton als het ware van binnenuit openbarst. Het is een chemische reactie in het beton die zich kan voordoen in welbepaalde omstandigheden; de reactie doet zich enkel voor in een vochtig milieu, in aanwezigheid van potentieel reactieve granulaten en bij een voldoende hoog gehalte aan alkaliën. De chemische reactie is onomkeerbaar en destructief. Dergelijk schademechanisme wil je dus liever niet in je bouwwerk ...

BREAAM BREAAM BREAAM CSC

In vele gevallen zal het alkaligehalte in het beton dienen beperkt te worden als preventiemaatregel. Zie ook de verklarende nota die FEDBETON hierover recentelijk gepubliceerd heeft. De grenswaarde is afhankelijk van het gebruikte cementtype (of mengsel van cementen) en het eventueel gebruik van toevoegsels (gemalen hoogovenslakken, vliegas, …).
We zien voornamelijk moeilijkheden bij betonsamenstellingen met hogere cementgehaltes op basis van CEM I of mengsels met CEM I. Afhankelijk van het mengsel en het alkaligehalte van de gebruikte grondstoffen zal de grenswaarde niet altijd kunnen gerespecteerd worden. Dergelijke mengsels mogen dan niet langer onder het Benor-certificaat geleverd worden.

Een oplossing is niet eenvoudig. Snelle portlandcementen met een laag alkaligehalte zijn immers niet overal en/of in voldoende mate beschikbaar en hebben ook een hoger kostenplaatje. Andere betontechnologische maatregelen om het beton te versnellen kunnen bijvoorbeeld bestaan uit het verlagen van de watercementfactor of het gebruik van warm water om de specietemperatuur te verhogen. Ook dit is niet altijd evident.

Tip!
Wanneer het vloeren of andere betonelementen betreft voor gebruik in een (droge) binnen omgeving, kan men uitgaan van blootstellingscategorie AR 1 (te vermelden bij de bestelling) en zijn geen specifieke preventiemaatregelen nodig. In die omstandigheden kan dan wel zonder problemen een CEM I gebruikt worden.

BENOR-gecertificeerde verhuurbedrijven en zelfstandige betonmixer chauffeurs

In onze shortflash van 17 oktober 2018 hebben we u bericht over de eerste Benor-certificaten voor verhuurbedrijven en zelfstandige betonmixerchauffeurs. Sinds 1.10.2018 zijn verhuurbedrijven en zelfstandigen immers verplicht om over zo’n certificaat te beschikken, willen ze nog Benor-beton vervoeren.

Er is intussen al heel wat water naar de zee gestroomd en we zien dat het aantal Benor-certificaten fors is toegenomen. Eind augustus 2019 beschikken 186 bedrijven over een certificaat; nog eens 54 bedrijven hebben een ontvankelijk dossier ingediend. Van deze laatsten wordt verwacht dat die op een redelijke termijn het certificaat kunnen behalen (ook deze bedrijven mogen in afwachting van hun certificaat Benor-beton vervoeren).

Het is aan de betoncentrales om te controleren of de onderaannemers voor het vervoer van Benor-beton waarmee ze werken, over een Benor-certificaat beschikken. Dit kan door de actuele lijsten te consulteren op de website van Be-Cert. Deze lijsten zijn dynamisch, wat betekent dat er in de loop der tijd bedrijven kunnen bijkomen, maar even goed dat bedrijven ervan verwijderd worden omdat ze bvb. hun certificaat verloren zijn.

Vergewis er u dus van dat uw onderaannemers gecertificeerd zijn, want u kan hierop als betoncentrale tijdens de technische bezoeken door de keuringsinstellingen gecontroleerd worden. Eventuele sancties zijn ten laste van de betoncentrale!

Hieronder vindt u de link naar de vernoemde lijsten:

Nog te noteren dat de lijst met ontvankelijke dossiers werd opgemaakt als overgangsmaatregel en dat deze vanaf januari 2020 zal verdwijnen.

FedBeton
Copyright © 2019 Fedbeton. All rights reserved.
If you do not want to receive emails from us, you can unsubscribe.